Ziehier de inhoudstafel van het boek
Antwerps schrijven. De hoofdstukjes met klikbare titels kunnen online gelezen worden.
INLEIDING 11
I. ANTWERPSE KLANKEN 15
1. BASISPRINCIPES 15
2. DE KLINKERS 17
2.1 De A 17
2.2 De E 19
2.3 De I 19
2.4 De O en de U 20
2.5 De EU en de OE 21
2.6 De AU (of OU) 23
3. DE TWEEKLANKEN 23
3.1 De UI en de EI (IJ) 24
3.2 De EÊ 24
3.3 De IÊ en de OÊ 25
4. DE MEDEKLINKERS 27
4.1 De H 27
4.2 De SH 27
4.3 De ZJ 28
II. ANTWERPSE SPELLING 29
1. FONETISCHE SPELLING 30
1.1 Definitie 30
1.2 Duiding 31
2. OPEN EN GESLOTEN LETTERGREPEN 32
2.1 De open lettergreepregel 32
2.2 Dubbele medeklinkers 33
2.3 Klinkers aan het einde van een woord 34
3. BIJZONDERE MEDEKLINKERS 35
3.1 Het gebruik van de H 35
3.2 De J na een klinker 36
3.3 Medeklinkercombinaties met L en R 37
3.4 De N die als [ng] uitgesproken wordt 38
4. VERBINDINGSKLANKEN 39
4.1 Algemeen 39
4.2 Uitzondering 40
4.3 Bijzonder geval 40
5. DE WERKWOORDUITGANG -D 41
6. WEGGELATEN EINDKLANKEN 42
6.1 De eind-e 42
6.2 De eind-n 43
6.3 De eind-d 44
6.4 Andere gevallen 44
7. VERSTEMLOZING VAN MEDEKLINKERS 45
7.1 Verstemlozing ná da, wa, a, meh, ni en goe 46
7.2 Verstemlozing vóór ’em en ’er 47
8. SUFFIXEN 48
8.1 Zelfde uitspraak en spelling 48
8.2 Andere uitspraak, zelfde spelling 49
8.3 Andere uitspraak en spelling 49
8.4 Gemengde gevallen 50
9. LEENWOORDEN 51
10. ANTWERPSE WOORDEN 52
10.1 Woorden met een onregelmatige spelling 52
10.2 Woorden met een verkorte vorm 53
10.3 Inconsistenties 54
III. ANTWERPSE GRAMMATICA 55
1. SPECIALE UITGANGEN 56
1.1 De uitgangen -e en -en 56
1.2 De speciale uitgang -[d] 59
2. LIDWOORDEN 61
2.1 Onbepaalde lidwoorden 61
2.2 Bepaalde lidwoorden 63
2.3 Bijzonder gebruik van lidwoorden 64
3. ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN 64
3.1 Geslacht 64
3.2 Meervoud 65
4. VERKLEINWOORDEN 66
4.1 Suffixen 66
4.2 Stamklankverkorting 68
4.3 Onregelmatige verkleinwoorden 69
4.4 Verkleinwoorden van andere woordsoorten 70
5. ADJECTIEVEN 71
5.1 De standaardverbuiging 71
5.2 De alternatieve verbuiging 72
5.3 Adjectieven waarvan de stam eindigt op een doffe e 73
5.4 Adjectieven met een veranderlijke stam 74
6. DE TRAPPEN VAN VERGELIJKING 75
6.1 De vergelijkende trap 75
6.2 De overtreffende trap 76
6.3 Stamklankverkorting 76
6.4 Onregelmatige trappen van vergelijking 77
7. DE TUSSEN-N IN SAMENSTELLINGEN 79
7.1 De tussen-n in het Nederlands 79
7.2 De tussen-n in het Antwerps 80
7.3 Vergelijking met adjectieven 81
8. AANWIJZENDE VOORNAAMWOORDEN 82
8.1 Dichtbij 82
8.2 Veraf 83
8.3 Zelfstandig gebruikte aanwijzende voornaamwoorden 83
9. BETREKKELIJKE VOORNAAMWOORDEN 85
9.1 Onderwerp 85
9.2 Lijdend voorwerp 86
10. VOEGWOORDEN 87
11. PERSOONLIJKE VOORNAAMWOORDEN 88
11.1 De onderwerpsvormen 89
11.2 De niet-onderwerpsvormen 93
11.3 Andere vormen 94
11.4 De bijzondere eigenschappen van et 96
12. BEZITTELIJKE VOORNAAMWOORDEN 97
12.1 De stammen 97
12.2 De uitgangen 98
12.3 De verbogen vormen 98
12.4 De eind-n vóór onzijdige woorden 99
13. WEDERKERENDE VOORNAAMWOORDEN 100
14. ANDERE VERBOGEN WOORDEN 101
14.1 De standaardverbuiging 101
14.2 De alternatieve verbuiging 102
14.3 De bijzondere verbuiging 104
15. WERKWOORDEN 105
15.1 Algemeen 105
15.2 De onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 106
15.3 De gebiedende wijs 114
15.4 De onvoltooid verleden tijd (OVT) 115
15.5 Het voltooid deelwoord 117
15.6 Belangrijke werkwoorden 118
IV. ANTWERPSE TEKSTEN 127
1. ANTWERPSE LIEDJES 128
1.1 De Strangers 128
1.2 Wannes Van de Velde 135
1.3 Katastroof 141
1.4 The Clement Peerens Explosition 145
1.5 Axl Peleman 148
2. ANTWERPSE GEDICHTEN 151
2.1 Hugo Claus - Het gebed van Jan de Lichte 151
2.2 Tom Lanoye - De kathedraal antwoordt 152
3. ANTWERPSE DIALOGEN 155
3.1 Matroesjka’s 155
4. ANTWERPSE LITERATUUR 160
5. ANTWERPSE UITDRUKKINGEN 162
APPENDIX A: DE ANTWERPSE KLINKERS 173
APPENDIX B: STEMVERANDERING VAN MEDEKLINKERS 175
APPENDIX C: TYPEVERBUIGINGEN 185
APPENDIX D: STAMKLANKVERKORTING 187
EPILOOG IN 'T AENTWAERPS 191